niet eerder was ik dichter
bij de zomer zo
dat ik geen warmte hoef
te zoeken
maar de hitte mij zelfs
achter de stadsmuur vindt
ik niet naar het eind
van de wereld hoef te vliegen
omdat die al onophoudelijk
in mijn handen strandt
het meisje mij aankijkt
of de ogen al gesloten heeft
voor haar wil ik hier mijn tent opzetten
letters in de grond slaan
met het zachtste wit tussen de regels
haar omarmen lucht
kastelen bouwen mijn recht
op vakantie delen
zo
dat langzaamaan het tij keert
mijn over in haar eb vloedt
wij samen de zee
papieren bootjes voeren
zij niet langer naar voedsel
boven haar hoofd hoeft te reiken
maar de vlieger in haar hand
haar een glimlach ontlokt
wij samen zorgeloos
de zoom van de zomer
dichten
- Dietske Geerlings
Schrijf u in voor onze nieuwsbrief!
"*" geeft vereiste velden aan