dat hij zich deze ochtend
in de stadsmuur wikkelt
stenen rond zijn schouders
waterlelies in de gracht
om zijn voeten torens bindt
zijn huid gebrandschilderd
zo het zieke kind wiegt
de stadswal kiert
de berkel buiten oevers treedt
en hij vanuit de kleinste hof
glasvleugelvlinders loslaat
in het hart van de stad
- Dietske Geerlings
Dietske Geerlings studeerde in 1994 cum laude af in Nederlandse taal- en letterkunde (Utrecht) op de poëzie van Hans Faverey. Sinds 1996 is ze docent Nederlands in Zutphen. Ze schrijft romans, verhalen en poëzie. Daarnaast schrijft zij ‘Eerste Indrukken’ voor ooteoote.nl, en recensies over literatuur voor o.a. literair weblog Tzum en Poëziekrant; ook zit ze in de redactie van Lezen voor de Lijst.
In 2018 debuteerde zij met de dichtbundel bRoos. Daarna volgden de bundels in mijn hoofd een huis (2018), wie niet weg is (2018), schipbreuk (2019), zonet (2020) en spinsel (2021). In vier jaar tijd publiceerde zij zeven romans, waarvan Donderbaert (2022) voorlopig de laatste is.
Geerlings’ gedichten hebben eigenlijk nooit een titel. Dit stadsgedicht heeft zij, op verzoek, de titel ‘hafiz’ meegegeven; Hafiz is een veel voorkomende Arabische jongensnaam, die ‘beschermen’ en ‘memoriseren’ betekent.
Schrijf u in voor onze nieuwsbrief!
"*" geeft vereiste velden aan