VANDAAG

  • 03 december (1938) Thea Doelwijt

Eenzaamheid

één

hart dat zo krachtig
verbindingen legt in een lichaam
klopt een weg naar buiten

maar strandt op de rand

het is niet eenvoudig
vat te krijgen op wat er
rondspookt in je hoofd

maar duizendmaalduizendvoudig

is de stilte tussen de tikken
van de klok die je verder en verder
voeren van je voorouders
terwijl je vastloopt in het wereldwijde web van

nu

voor wachten heb je allang geen woorden
meer nodig je staat stil met je rug tegen het raam

je kan het glas niet breken
de kou niet verdrijven
die tussen je botten omhoog kruipt

je lach zit aan de andere kant van je gezicht
waar je niet meer bij kunt
een grimas zit vast om je mond en stoot af

je begrijpt wel dat niemand jou schrijft
niemand jou belt want je ziet de wolf
in je eigen ogen en ruikt de angst in je vacht

ergens diep huist het

kind dat aanbelt
ernstig vraagt of je zegels wilt kopen

vrijmoedig legt het een blad en een pen
in het netwerk van je blauwe aderen
wacht geduldig tot je klaar bent
breekt een woord voor jou in twee stukken
deelt het en maakt voor even van één

saam

 

 

 

 

 

 

- Dietske Geerlings

Een inwoner van Zutphen vroeg mij een gedicht te schrijven over eenzaamheid. Een kind stond aan mijn deur en vroeg of ik kinderpostzegels wilde kopen: ‘Samen tegen eenzaamheid’.

Terug naar alle gedichten

Nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief!

"*" geeft vereiste velden aan

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Naam*

×