Ik ga op reis en neem mee…

De zomervakantie is in aantocht. Voor welke thrillers, whodunits en andere pageturners moeten we plaats vrijhouden in de koffer of rugzak? Zutphen Literair vroeg vier boekhandels naar hun tips.

De nomade van Anya Niewierra wordt alom beschouwd al een waardige opvolger van De Camino, waarmee de schrijfster vorig jaar de NS Publieksprijs won. Met ons loven de boekhandels Mathijs Deen, die voor zijn ‘Waddenthriller’ De duiker de Gouden Strop 2024 ontving, en vooral ook de opvolger De redder. Hoofdpersoon is opnieuw de zwijgzame rechercheur Liewe Cupido en deze keer komen we meer te weten over zijn jeugd op Texel. Lees om in de sfeer te komen ook Deens novelle Het lichtschip (2020).
Zou de Waddenthriller een genre worden? Want boekhandel Lovink uit Lochem noemt nog een andere: Terschelling van Linda van Rijn. Voor de fans van Het pauperparadijs en Simone van der Vlugt noemt Lovink De vondeling van Veenhuizen van Patricia Snel. Twee wezen in de kinderkolonie van Veenhuizen anno 1824.
Bruna Vorden wijst op Tomas Ross zoveelste voorbeeld van spannende faction, Het D-day complot. Verder prijkt ook Rob van Essen bovenaan het tiplijstje. Voor Ik kom hierop terug ontving hij de Librisprijs, maar zijn recente Miniapolis is misschien nog interessanter. Geen sf, maar meer in de trant van zijn bekroonde roman De goede zoon.
Boek en Buro tipt de negende thriller van Deon Meyer met de Zuid-Afrikaanse inspecteur Bennie Griessel in de hoofdrol: Leeuw. Zoals altijd een spannende inkijk in de onderkant van de samenleving rond Kaapstad. Boek en Buro breekt ook een lans voor Frank Nellen, De onzichtbaren: ‘Dit boek verdient een groot publiek, over wereldpolitiek, vriendschap, verraad en ook nog spannend!’
Van Someren & Ten Bosch vragen aandacht voor twee bijzondere Amerikaanse romans. Nu in november (1934) van Josephine Johnsons, waarvoor ze als jongste schrijver ooit de prestigieuze Pulitzer Prize kreeg. Ze verhaalt de belevenissen van een boerengezin tijdens de Dust Bowl, vijf jaar voor John Steinbecks De druiven der gramschap. Octavia Butler was de eerste zwarte vrouw die sciencefiction schreef. Zojuist verscheen De zaaier (1993), een toekomstroman die in 2024 in Californië speelt. De klimaatcrisis is volledig uit de hand gelopen, voedsel en water zijn duur en schaars en de wereld is veel gevaarlijker geworden. En dat bedacht iemand ruim dertig jaar geleden!
Ten slotte wijst Lovink nog op een wel heel bijzonder boek, De heilige praters. Deze ‘pastorale detective’ dateert uit 1968 en is afkomstig uit de nalatenschap van de drie jaar terug overleden Christiaan te Winkel. Een Winterswijker die jarenlang onderwijzer was in Vorden. Tussen 1973 en 1975 verschenen van hem bij Querido twee romans en een verhalenbundel die als veelbelovend werden beschouwd.

Kortom, meer dan genoeg lectuur voor iedere smaak om de zomermaanden mee door te komen. Op naar de boekhandel!